Aalsmeerderweg met o.a. de kerk het huis van schilder Van Keulen rechts daarvan. In het meest rechter huis woonde familie Van Pelt, links daarvan staan het huis (met knikspant) en werkplaats van familie Den Ouden.
Aalsmeerderweg met o.a. de kerk het huis van schilder Van Keulen rechts daarvan. In het meest rechter huis woonde familie Van Pelt, links daarvan staan het huis (met knikspant) en werkplaats van familie Den Ouden. Noord-Hollands Archief

Een eerbetoon aan het verdwenen dorp Rijk, oud-bewoners halen herinneringen op

27 maart 2024 om 16:49 Historie HCnieuws 100 jaar

RIJK Wanneer HCnieuws honderd jaar geleden wordt opgericht, ligt op het kruispunt van de Aalsmeerderweg en de Vijfhuizerweg het dorp Rijk. De hechte buurtschap met zo’n negentig huizen moet vanaf 1958 wijken voor uitbreidingen van Schiphol: de Kaagbaan wordt gebouwd.

Er kan een boek over het verdwenen dorp geschreven worden. Dat blijkt uit alle tips, herinneringen en foto’s die na de oproep zijn gemaild door oud-bewoners van Rijk en het nabijgelegen Rozenburg. De meesten kunnen zich nog goed voor de geest halen hoe Rijk eruit heeft gezien.

HET DORP RIJK

Het dorp had twee kruidenierswinkels: één van de familie Spruitenburg, één van familie De Vries. De openbare basisschool van meester Nieuwenburg, school nummer 2, stond tussen de winkels in. Andere lokale ondernemingen waren het schildersbedrijf Van Keulen, slager Sandifoort, wagenmaker Van de Berg, timmerbedrijf Gebr. Den Ouden en de bloemen- en plantenkwekerij van de gebroeders Quartel. Ook stond er een smederij van Piet Dalmeier, hij was tegelijkertijd fietsenmaker. 

Een centraal punt in het dorp was de Nederlandse Hervormde Maranathakerk. Dominee Swets ging daar de zondagsdiensten voor. Aan de rand van het dorp stonden nog een stuk of zeven boerderijen. De doorgaande weg van het dorp stopte waar de hekken van Schiphol begonnen. Sommigen woonden zelfs “pal tegen de startbaan aan”, zoals Henk van Pelt. Hij is één van de vijf oude bewoners, die zich Rijk nog goed kan herinneren.

Henk van Pelt (1943), woont in Hoofddorp: “Ik ben geboren op de Aalsmeerderweg 300, naast de kruidenierswinkel van Levinus Spruitenburg. Dat we pal tegen de startbaan woonden, vond ik prachtig. Je kunt het je nu niet meer voorstellen, maar als kind speelden we ook op de rolbanen die de Duitsers hadden aangelegd. Als we vanuit de verkeerstoren werden gezien, moesten we hard rennen voor de gele jeep van de luchthaven Schiphol.” 

BOMBARDEMENTEN

Van Pelt vervolgt: “Ik ben midden in de oorlog geboren. Het heeft toen best wel gespookt in Rijk. De Duitsers gebruikten Schiphol als vliegbasis (onder de naam Fliegerhorst 561, red.). Mijn ouders vertelden over bombardementen op de luchthaven, daar kan ik mij niets van herinneren. Wel weet ik dat bommenwerpers tijdens de hongerwinter van 1944 voedselpakketten met Zweeds wittebrood dropten. Na de oorlog kwam ik veel bij een rolbaan die uitkwam op een betonnen pleintje in onze buurt. Jaren later ontdekte ik dat de Duitsers daar een aantal mensen hebben gefusilleerd.”

OVERAL RUÏNES

“Rijk was een hele hechte gemeenschap. Als kind ging ik naar school twee. Vroeger hadden alle scholen in Haarlemmermeer een nummer. School één stond bijvoorbeeld in Lijnden. School twee bestond uit een kleuterklas en twee combinatiegroepen met de klassen 1, 2 en 3 en 4, 5 en 6 gecombineerd. De meeste inwoners werkten bij de bouwboeren, zij verbouwden aardappels, bieten en tarwe. Ook mijn ouders. Er werkten ook een aantal op Schiphol en een kleine groep bij de kwekers in Aalsmeer. Ik romantiseer het een beetje, maar soms zou ik terug willen naar die periode. Met alle ellende van tegenwoordig mis ik zo’n dorp als Rijk.” 

SCHANDALIGE AFHANDELING

“Toen wij in 1958 uit Rijk vertrokken, was het een heel raar gezicht: woningen werden één voor één afgebroken, overal zag je ruïnes. Het kwam voor veel inwoners hard aan, maar het werd gelaten ondergaan. Door brieven en vergaderingen waren ze langzaam aan het idee gewend geraakt. De meesten trokken naar een nieuwbouwwoning in Rijsenhout. Mijn vader kon dat niet betalen, dus wij verhuisden naar een oud huisje aan de Sloterweg - nu Rijnlanderweg. De afhandeling vanuit Schiphol was schandalig. Er was ons een vergoeding voor nieuwe vloerbedekking, gordijnen en een kippenhok beloofd. We hebben maar 150 van de 384 gulden gekregen”, laat van Pelt weten.

Rina van Vugt (1955), woont in Friesland: “Samen met mijn ouders, broers en zus heb ik vanaf mijn geboorte tot 1965 in Rozenburg gewoond, dat was onderdeel van Rijk. Ik weet nog dat de melkboer altijd bij ons langs kwam, hij schepte met een oude melklepel waar een liter in kon. Ook herinner ik me dat er ooit brand was in de hooiberg van de boerderij tegenover ons huis. Ik moest daar langs om naar mijn oom en tante te gaan, want precies op dat moment werd mijn broertje geboren.”

“Er hing een gemoedelijke sfeer in de buurt. Als kind kon je vrij spelen, er was bijna geen verkeer. We tolden op de weg en speelden met omgebouwde kinderwagenonderstellen. Daarbovenop lag een plank en met een touw kon je sturen. Vanuit ons huis hadden we zicht op de start- en landingsbaan, waar we vaak naar de vliegtuigen keken. Ik ben iedereen van toen uit het oog verloren, ook mijn vriendin Wilma Pols. Inmiddels woon ik al 48 jaar niet meer in Haarlemmermeer, op mijn twintigste verhuisde ik naar Friesland.” 

Jan den Ouden (1953), woont in Hoofddorp: “Ik was zes jaar toen Rijk verdween. Wij woonden op Aalsmeerderweg 280 en hadden een flink huis, net zoals de meesten in het dorp. Het had maar één verdieping, maar wel een grote tuin met gewassen en kippen. Omdat mijn vader eigenaar van timmerbedrijf Gebr. Den Ouden was, hadden we veel ruimte nodig. Daarom verhuisden we na de sloop naar een boerderij in Rozenburg. Daar kregen we een badkamer met ligbad. Dat was enorme luxe vergeleken met het op hout of kolen gestookte teiltje, waar we ons een keer per week in moesten wassen.”

“Toch heeft de onteigening veel impact op mijn ouders gehad. Door verhalen weet ik dat dat ook voor andere inwoners gold. Veel waren het niet eens met de vergoeding die zij kregen van Schiphol. Zij namen een advocaat in de arm: meneer Geelkerken. Voor zover ik weet is het hem inderdaad gelukt meer geld uit de zaak te halen.”

ENORME HERRIE

Den Ouden vervolgt: “Toen ik in Rijk woonde, ging ik naar school twee. Daar had je nog kachels die op turf gestookt werden. Na de verhuizing ben ik naar de Groen van Prinstererschool in Rozenburg gegaan. Ook de Maranathakerk verhuisde in die periode naar een tijdelijk houten kerk, op zo’n 150 meter van de nieuw gebouwde Kaagbaan. Dominee Swets was altijd een paar minuten stil als een vliegtuig opsteeg. Dat maakte zo’n enorme herrie, vooral de ‘Caravelle’. Dat was een van de eerste vliegtuigen met een straalmotor in plaats van propellers. Inmiddels woon ik samen met mijn vrouw al tientallen jaren in Hoofddorp, maar ik heb uitgerekend dat mijn oude huis op de huidige D-pier zou staan.” 

Oud-inwoner (1941), woont in Rijsenhout: “Soms droom ik nog over de mooie herinneringen uit mijn jeugd. Voor ons huis stond een bitumenmolen met opslag en bouwketen van Fa Ooms, die was daar neergezet voor de bouw van de startbaan. Daarbij was een gracht gegraven, waar we als tieners in de winter op schaatsten. Om een stuk af te snijden, staken we het terrein van de luchthaven over. Ik weet nog dat we hard moesten rennen, want in ‘no time’ zat de politie van Schiphol achter ons aan.”

VLIEGTUIG NEERGESTORT

“Ik kan me ook nog goed de vliegtuigkaping van 1976 herinneren (4 september dat jaar kaapt een Palestijn commando de KLM-vlucht 366, red.). Niemand mocht de straat in en voor ons huis lag iemand met een geweer. Vanuit ons keukenraam zag ik ook ooit een postvliegtuig liggen, die was ‘s nachts in het bouwland neergestort. Iedereen overleefde de crash, maar het was wel apart om te zien. Boer Hoogmoed bood met zijn trekker en wagen nog hulp aan”, vertelt de 83-jarige oud-inwoner. 

“Ons huis werd pas in de jaren tachtig gesloopt, omdat wij een stukje buiten Rijk woonden. De straat leek in die periode net een rottend gebit waar alle tanden zijn uitgevallen. We hebben nu een schitterend huis in Rijsenhout, maar er was niets aan de uitbreiding van Schiphol te doen: het groeide en groeide en niemand kon ze tegenhouden.”

Bep van Limpt (1946), woont in Hoofddorp: “Ik ben geboren op de Aalsmeerderweg 221 in ‘het buurtje’, zo noemden we Rijk. Ons gezin moest eind jaren vijftig als één van de eersten weg. Daarna ben ik nooit terug geweest. Achteraf snap ik niet waarom, maar op dat moment was het afgesloten en werd er in ons gezin niet meer over gepraat. Voor de inwoners van Rijk was die periode een drama. Ik hoorde jaren later verhalen van ouders die ‘s nachts lagen te huilen op bed. Iedereen was tevreden in het dorp, maar je had niks tegen de plannen van Schiphol in te brengen. Omdat Rijk een rustig dorp was, was die periode voor de jeugd een en al sensatie. Toen de grote boerderij De Hermanshoeve werd afgebroken, zijn we allemaal even gaan kijken.”

MOOIE HERINNERINGEN

Van Limpt vertelt verder: “In 2008 heb ik samen met Henk van Pelt en Chris de Cloe een reünie georganiseerd met oud-leerlingen van school twee. We kwamen met ruim tweehonderd mensen bij elkaar in Het Trefpunt in Nieuw-Vennep. Dat was heel leuk, iedereen was erg enthousiast. Hoe het vroeger in Rijk ging, is een tijd die niet meer terugkomt. Je mocht bij iedereen naar binnen en je kon altijd een beroep doen op elkaar. Die mooie herinneringen neem ik met me mee.”

Aalsmeerderweg, met links de hervormde kerk van dominee Swets. De boerderij rechts is van boer Knoop.
Schoolfoto in 1951 van gezamenlijke klassen 1, 2, en 3 op school 2 met juffrouw Graafstal. Het jongetje links van de juf (met stropdas) is Henk van Pelt.
Afbraak van het timmerbedrijf Gebr. Den Ouden circa 1959. Het jongetje op de foto is Jan den Ouden.
Mail de redactie
Meld een correctie

advertentie
advertentie